- aanzetten
- {{aanzetten}}{{/term}}I 〈overgankelijk werkwoord〉1 [vastmaken] fixer2 [aansporen] stimuler3 [in werking stellen] mettre en marche4 [meer nadruk geven] accentuer5 [(bijna) tegen iets anders zetten] mettre plus près♦voorbeelden:2 leerlingen aanzetten • stimuler des élèvesiemand tot wraak aanzetten • pousser qn. à se venger3 de verwarming aanzetten • allumer le chauffage5 een dominosteen aanzetten • poser un dominoII 〈onovergankelijk werkwoord〉1 [dik maken] faire grossir2 [aankoeken] 〈in een pan〉 attacher; 〈m.b.t. ketelsteen〉 s'entartrer♦voorbeelden:1 suiker zet aan • le sucre fait prendre du poids¶ hij is laat komen aanzetten • il s'est amené quand on ne l'attendait plusmet iets komen aanzetten • 〈meebrengen〉 s'amener avec qc.; 〈te berde brengen〉 mettre qc. sur le tapis
Deens-Russisch woordenboek. 2015.